Begin december ging op een avond de telefoon. Een montere vrouwenstem groette me in mooi Gronings en noemde haar naam en het dorp waar ze woonde, alles op een toon alsof we elkaar al jaren kenden. Echter de combinatie van haar bekende familienaam en haar woonplaats riepen bij mij geen herinnering op evenmin als haar stem. Toen ze vervolgens zei: “Zoals u weet heb ik een schilderij van Reggie Scherpbier”, dacht ik: “zo begint het dus geheugenverlies”, want ik had geen idee waar ze het over had.
Ze zei dat ze het schilderij weg wilde doen omdat ze vierentachtig is en denkt niet lang meer te leven en dan moet men, zo vond ze, langzamerhand zorgen dat waardevolle dingen een plek krijgen. Ze vervolgde: “u moet het maar komen halen, want het hoort in Huizinge waar de schilder geboren is en het is er ook geschilderd. Bovendien hebben wij er immers ooit contact over gehad.” Ik zei: “ik ben ook vierentachtig, ben ook aan het opruimen, eigenlijk wilt u het probleem op mijn bord leggen”. Ze negeerde mijn weerwoord en zei: “ik ben niet fit meer en kan het schilderij ook niet komen brengen, u bent nog gezond en kunt het halen, dit is mijn adres”.
Een paar weken later, omdat ik toch in de buurt moest zijn, heb ik de dame opgezocht, ook omdat ik me nog steeds een beetje zorgen maakte over mijn geheugen en het kunstwerk wel wilde zien. Het koste moeite het opgegeven adres te vinden omdat ze tamelijk ver van het door haar genoemde dorp woont. Een lange weg langs een kanaal negeerde ik eerst, omdat er in mijn herinnering alleen maar boerderijen staan, maar nee ook een klein woonhuis, het adres. Ze had me kennelijk zien komen want de deur ging open voor ik had aangeklopt. Een kleine gebogen vrouw met een verrassend jong, vriendelijk gezicht begroette me hartelijk. Ik keek in een bomvolle gang, met meubels, kisten, kratten boeken en wat niet al. Dat er evenals bij ons direct achter de deur een emmer stond met klein tuingereedschap als snoeimes, pootschepje en werkhandschoenen gaf mij een thuisgevoel. De kamer die we betraden zag er ook uit als een pakhuis, overal stond, lag en hing iets We verplaatsten ons zijdelings met ingetrokken buik door de wonderlijke inboedel waarover ik boeiende uitleg kreeg. Prachtige Huizinga-meubels, piëdestallen waarop bloemen in fraaie potten, klokken, schilderijen en platen en vooral porselein wat mevrouw verzamelt. Na alles te hebben bezichtigd werkten we ons naar een eettafel waar kennelijk wordt gegeten, geschreven en vooral gelezen en waarop verder van alles en nog wat lag en waarschijnlijk nog ligt. We hebben van half twee tot kwart over vier gesproken over dorpen, gezamenlijke kennissen en gebeurtenissen Steeds greep ze trefzeker in een kast, kist, doos of lade om een opmerking of bewering met een schrijven te schragen. We hebben beiden niet aan koffie en thee gedacht, maar hadden een geweldige middag.
Er werd ook het een en ander opgelost. Ze kende mij van excursies langs oude kerken, van lezingen en van de wekelijkse praatjes die ik hield voor Radio Noord over geschiedenis. Toen ze eens op een veiling de aquarel had gekocht, heb ik op haar verzoek schriftelijk een en ander over de kunstenaar verteld. We kenden elkaar dus, zij mij wat beter dan ik haar. Maar dat is nu rechtgezet. Bij het afscheid pakte ze het kunstwerk in kranten, wilde het absoluut niet betaald hebben en deed me uitgeleide. Ik heb haar een boek beloofd en zal iets voor haar uitzoeken, maar ga dat niet schriftelijk of per mail afhandelen, ik ga het brengen!

Gezicht op Huizinge vanaf de Smedemaweg,
In de bocht waar nu een bankje staat begon een kleilaan die naar t Ol Boske leidde, de plek waar ooit de borg Fraam stond.
Het pad maakte verderop deel uit van een padenstelsel. Helaas weggemaakt bij de ruilverkaveling.
Reint Wobbes, januari 2025