Schilderijen Michael Reynolds (deel 7)

Maria Hemelvaart ?

Je zult als rechtgeaarde protestant maar een stukje moeten schrijven over Maria’s hemelvaart. Maar ja, we zouden over die hele serie schilderijen in onze kerk wat zeggen, over de vijf ‘joyous mysteries’, waar Maria heel duidelijk in voorkomt (de vrouw in het zwart, met een ‘bedekt’ hoofd; bij de twaalfjarige Jezus in de tempel zie haar net binnenkomen), en over de vijf ‘glorious mysteries’ (waar ze op drie van de vijf voorkomt; heel grappig op Pinksteren staat ze daar in de kring van de discipelen, en op de laatste twee is zij de hoofdpersoon).

Om te beginnen is er iets wonderlijks met die ‘assumption of the virgin’. Die uitdrukking wordt vaak vertaald met de ‘hemelvaart van de maagd’, maar vreemd genoeg is het een ander woord dan bij de ‘hemelvaart’ van Jezus. Daar vind je het woord ‘ascension’, en dat betekent echt zoiets als ‘omhooggaan’, en zo is het dan ook door Michael Reynolds uitgebeeld. Maar ‘assumption’ betekent in de eerste plaats iets als ‘aanname’ (zelfs ‘veronderstelling’), vandaar Maria’s aanname in de hemel, zij is eerst met haar ziel, maar vervolgens ook met haar lichaam in de hemel aangenomen. Op het schilderij van Reynolds lijkt het wel of haar lichaam in een prachtig goudbrokaat kleed wordt ingepakt, waar ze dan in de hemel uitgepakt wordt, waarna ze wordt gekroond.

Met de wat je gerust de ‘vergoddelijking’ van Maria kunt noemen is het een tamelijk lang verhaal. Bij het concilie van Efeze (431) krijgt Maria de titel ‘Moeder Gods’. En daarna komt de Mariaverering pas echt op gang. Vanaf de zesde eeuw verschijnen er theologische geschriften die zich met de ‘Mariologie’ bezighouden. Onder invloed van allerlei apocriefe teksten en volkslegenden wordt vanaf de achtste eeuw de term ‘tenhemelopneming’ voor Maria gebruikt. Maar pas in de negentiende eeuw dringt men er binnen de (Rooms) Katholieke kerk op aan dit ook in een dogma vast te leggen. En dat is gebeurd (in 1950!) onder paus Pius XII, waarbij is vastgelegd ‘dat de onbevlekte moeder Gods, altijd maagd Maria, na het voltooien van haar aardse levensbaan, met lichaam en ziel tot de hemel is opgenomen’. Het in de volksmond gebruikte ‘Maria hemelvaart’ is dan ook niet juist, omdat Maria niet zelf ten hemel steeg, maar door God in de hemel werd opgenomen. In de Oudkatholieke kerk en in de Oosterse (de Orthodoxe) kerken heet dit feest de ‘Ontslapenis van de Moeder Gods’, en daar kennen ze geen dogma van de ‘tenhemelopneming’.

Nog een kleine nabeschouwing. ‘Moeder Gods’, wij hebben bij zo’n term misschien wel de neiging onze schouders op te halen. Maar wat lezen we in Lukas 1, als Maria, nadat ze zwanger is geworden, naar Judea reist? Ze komt in het huis bij Zacharias, en dan zegt Elisabeth ‘met een luide stem’: ‘Gezegend ben jij onder de vrouwen en gezegend is de vrucht van je schoot. En waaraan heb ik dit te danken, dat de moeder van mijn Heer tot mij komt?’ Voor haar is Maria ‘de moeder van mijn Heer’. Dat is in de katholieke traditie wel wat uit de hand gelopen, maar ook voor deze protestant blijft er stof tot nadenken.

Andries Visser